To ‘test’ or not to ‘test’, thath’s the question!

(artikel in “Au-Courant” van Restoratoren Nederland)

Sinds een paar maanden zit Veilinghuis Sotheby’s met een paar dure schilderijen in de maag. Duur, omdat ze duur zijn verhandeld, nog duurder, omdat ze vals blijken te zijn en … uiterst duur is het gezichtsverlies, wat ze zich absoluut niet kunnen permitteren… Op het radioprogramma over boeken van zaterdagochtend 21.01.’17 heeft Willem Baars (bekend kunsttaxateur, onderzoeker en schrijver op kunstgebied) uitgelegd wat het euvel was: geen pigmentdeterminatie, geen rapporten, geen onderzoek en zomaar,…, gewoon, op je ervaring afgaan!?!

En dat is het juist, de ervaring! Hoe krijg je dat? En, wat zijn de garanties? (1)

Het Nederlandse meten is weten’ komt nu, beter dan ooit in het goede licht. En dat vertelde Tracey Chaplin tijdens haar cursussen en haar workshops:

Doe een pigmentidentificatie altijd in het algemeen, of het nu wel of niet moet, doe het nou maar!’ 

Baars vertelde op de radio dat, als ze daar een pigmentdeterminatie zouden hebben gedaan, ze er zeer snel achter waren gekomen, omdat bepaalde pigmenten bij bepaalde tijdperken horen. Voor een restaurator is dat zeer belangrijk om verschillende redenen: om bij het vooronderzoek te weten te komen of dat schilderij echt is of niet, of er bij de vroegere restauraties al dan niet hetzelfde soort pigment gebruikt werd en dan, of die verwijderd moet of niet, en eigenlijk, wat nu te gebruiken?

De twee foto’s laten een vroegere restauratie zien, die uitgevoerd is met een ander soort pigment dan het originele; het foutieve pigment is alleen onder UV-licht zichtbaar. In samenwerking met ARA Nederland, heeft De Kunstkliniek in november en juni  vorig jaar ook de tweede workshop ‘ Pigmenten determinatie onder de microscoop’ georganiseerd. Ook deze keer is Tracey Chaplin uit Londen komen vliegen en heeft noch tijd noch moeite gespaard om de moeilijke materie bij te brengen.

‘Ja’, vertelde een interieurrestaurator, die de workshop bij Tracey al gedaan heeft: ‘de regels worden met de dag strenger en het is zeer belangrijk om die stof goed onder de knie te krijgen. Daarom ben ik weer gekomen, om te oefenen. Het lijkt eenvoudig, maar niets is minder waar. Je moet blijven oefenen.’ De cursisten waren zeer gemotiveerd en mw. Chaplin heeft moeite moeten doen om ze achter de microscoop weg te halen voor korte onderbrekingen. Allemaal willen ze op den duur terugkomen alleen voor oefeningen of zelfs voor herhalingen.

Op zo’n koffiepauze vertelde de docente dat Sotheby’s haar heeft benaderd om  pigmentanalyse te checken op  twee Frans Hals-en en over haar rol om een vervalsing te bevestigen of te ontkrachten:… ‘onder een laag verf zat een pigment dat in de tijd van Frans Hals nog niet ontdekt was. Dat bij de eerste test te treffen, was puur mazzel. Eigenlijk moeten er meerdere monsters geanalyseerd worden; maar als je een bepaalde volgorde naloopt, kom je er snel genoeg achter’… Het ging over een pendant, dus het tweede schilderij is ook onder de ‘loep’ genomen en niet zonder resultaat.

Tussen 23 en 28 januari jl. was Dr. Tracey Chaplin te gast bij UvA. Volgens haar was dat een volle, zware maar zeer leuke week en zeker voor herhaling vatbaar. Ook De Kunstkliniek organiseert in 2017 workshops waar dr. Tracey Chaplin uitgenodigd is. Eerst worden de ‘cross-sections’ (het tweede deel van haar workshop) gehouden, dat wil zeggen in het voorjaar van 2017, in april. Daarna weer de pigmenten determinaties, later in het najaar. Het optimum aantal cursisten is tussen 6 en 8; ieder cursist heeft zijn eigen werk-microscoop dus hoeft niet op de medecursisten te wachten en zo kan Tracey Chaplin de beste aandacht schenken en iedereen op zijn en haar gemak volgen en helpen.